Maître Jacques en Portugal (deel 1 en 2)
Stelt u zich de Belgische badplaats Blankenberge voor, op een frisse winterochtend begin 1974. We zijn bij de gereputeerde zeilmakerij Wittevrongel, een familiebedrijf in de jachthaven. Een bescheiden Datsun komt de parking opgereden en daaruit stapt een eenvoudig geklede veertiger met een stapel plannen onder de arm. Staf, zaakvoerder en de oudste broer van zeven, ontvangt het heerschap en is achterdochtig. De klanten zijn immers meestal zakenlui, dokters of advocaten die in een dikke Porsche aankomen. De man, een Brusselaar, legt uit dat hij een jacht heeft gekocht en zeilen en tuigage van doen heeft. Een flinke bestelling, waarbij Staf denkt “Weer zo eentje met grote dromen en weinig geld…”. Om zeker te zijn van de betaling na eventuele levering vraagt hij de koper om naam en adres. Deze antwoordt, met een guitige knipoog, “Je suis celui que tout les Flamands veulent tuer, je suis Jacques Brel" (Ik ben degene die alle Vlamingen dood willen, ik ben Jacques Brel)...
Het vervolg schreef ik op Portugal Portal, deel 1 en deel 2.